Historiek

Sinds 1863 beschikte de Stad Brussel over een gemeentelijk laboratorium. Na enkele tientallen jaren bleek controle op het strikt gemeentelijke vlak niet meer te voldoen door de groei van de levensmiddelenindustrie en het steeds maar groter wordend aantal fraudes en vervalsingen.

Het intercommunaal laboratorium werd in 1916 tijdens de oorlog opgericht. Aanvankelijk groepeerden zich 16 gemeenten, enkele jaren later volgden nog 4 andere.

 

Het Laboratorium in 1919 (oud Hygiëne Instituut – Leopoldpark)

 

Bij zijn opstart was het Laboratorium in het Hygiëneinstituut in het Leopoldpark gevestigd. Jammer genoeg werd dit gebouw vernietigd en moest het plaatsmaken voor het Instituut voor tandheelkunde Eastman.  Tussen 1920 en 1930 verhuisde het Laboratorium naar Sint-Gillis. In 1930 keerde het voorgoed terug naar het Leopoldpark en installeerde zich in de oude lokalen van het Instituut voor Anatomie van de Brusselse Universiteit (het Warocqué gebouw).

 

Het Warocquégebouw (oud Instituut voor Anatomie) waar het Laboratorium sinds 1930 gevestigd is

 

Tot na de tweede wereldoorlog, was de strijd tegen fraude de belangrijkste activiteit :  water in de melk, plaaster in het meel, margarine in de boter, enz. De reinheid  van de melk werd ook met bijzondere aandacht gecontroleerd. Langzamerhand kwamen andere accenten aan bod. Het intercommunaal laboratorium stond o.a. aan de basis van de eerste consumentenorganisties.

Momenteel wordt de klemtoon vooral gelegd op de bescherming van de gezondheid. Het Laboratorium zet zich in voor een gezonde en veilige voeding voor de consument. Hygiënecontroles van etablissementen binnen de voedingssector wordt in het tweede millenium de belangrijkste activiteit van Brulabo.

Evolutie van de valies van de keurder.